Begroting 2019

Paragraaf lokale heffingen

Geraamde inkomsten

Lokale heffingen genereren de volgende inkomsten in 2019:

Taakveld

Opbrengsten Soort heffing (bedragen x € 1.000)

Realisatie 2017

Begroting 2018

Begroting 2019

Begroting 2020

Begroting 2021

Begroting 2022

0.61 & 0.62

Onroerende zaakbelastingen

8.959

9.147

9.293

9.293

9.293

9.293

7.3

Afvalstoffenheffing

3.803

3.507

3.591

3.832

3.832

3.832

7.2

Rioolheffing

2.195

2.285

2.373

2.373

2.373

2.373

Leges:

0.2

- Burgerzaken

442

383

383

383

383

383

8.3

- Omgevingsvergunningen

1.313

1.097

1.097

1.097

1.097

1.097

2.1

- Kabels en leidingen

119

68

63

63

63

63

3.4

(Water)toeristenbelasting

899

1.037

1.037

1.037

1.037

1.037

3.4

Forensenbelasting

111

130

130

130

130

185

3.3

Marktgelden

23

23

23

23

23

23

7.5

Grafrechten

381

375

375

375

375

320

0.64

Hondenbelasting

276

275

0

0

0

0

1.2

Openbare orde en veiligheid

50

41

41

41

41

41

0.64

Precariobelasting

956

915

915

915

915

0

0.64

Reclamebelasting

153

190

193

193

193

193

Totaal lokale heffingen

19.680

19.473

19.514

19.755

19.755

18.840

Belastingbeleid en hoofdlijnen diverse heffingen

Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen en het overzicht op hoofdlijnen van diverse heffingen wordt onderstaand toegelicht.

Onroerendezaakbelastingen

Het OZB-tarief wordt naast een eventuele opbrengstenstijging (of daling) gecorrigeerd met de ontwikkeling van de WOZ-waarde. Op basis van de landelijke trends in de afgelopen jaren is de WOZ-waarde (licht) gestegen hetgeen betekent dat het tarief (exclusief de opbrengststijging) daardoor omlaag kan worden bijgesteld. Mogelijke complicerende factor is dat de WOZ-waarde ook een element is voor de bepaling van de algemene uitkering. Of dit een positief of negatief effect is, is op dit moment niet bekend want afhankelijk van de ontwikkeling van de woningwaarde voor geheel Nederland.
Wij stellen voor om de onroerende zaakbelastingen trendmatig te verhogen met 1,6%. Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Met ingang van het jaar 2007 worden de onroerende goederen jaarlijks opnieuw getaxeerd (wettelijke verplichting). Op basis van deze gegevens worden de tarieven als volgt:

Omschrijving

Percentage 2018

Verhogingen

Percentage 2019

Gebruikersbelasting

0,1558%

Trend 1,6 %

0,1583%

Eigenarenbelasting:

- dient in hoofdzaak tot woning

0,1670%

Trend 1,6 %

0,1696%

- dient niet in hoofdzaak tot woning

0,2234%

Trend 1,6 %

0,2269%

NB: bovenstaande percentages zijn onder voorbehoud omdat de waardeontwikkeling van de onroerende goederen ertoe kan leiden dat de percentages aangepast moeten worden om dezelfde OZB opbrengst te kunnen genereren.

Afvalstoffenheffing

Voor de berekening van de afvalstoffenheffing wordt uitgegaan van een dekking van 100%. Om te komen tot een kostendekkende exploitatie dient € 3.832.131 aan inkomsten te worden gegenereerd. Uitgaande van 16.603 huishoudens en 3% leegstand, komt het kostendekkende basistarief voor de afvalstoffenheffing, na 1,6% loon- en prijscompensatie zoals opgenomen in de Kadernota 2019, uit op € 237,91.

Om de hoogte van de Voorziening afvalstoffenheffing verder af te bouwen is bij de aanbieding van de verordening Afvalstoffenheffing voorgesteld om het tarief eenmalig voor 2019 met € 15 te verlagen. Met deze voorgestelde verlaging komen de lasten als gevolg van de afvalinzameling op € 222,91.

Rioolheffing

De rioolheffing wordt vastgesteld in het kader van het gemeentelijk rioleringsplan (GRP). Het tarief 2019 is bijgesteld met 1,6% stijging voor loon- en prijscompensatie zoals opgenomen in de Kadernota 2019. Bovenstaand verwerkt te hebben komt het tarief van de rioolheffing daarmee in 2019 op € 128,81 en is daarmee 100% kostendekkend.

(Water)Toeristenbelasting

Het tarief voor toeristenbelasting is sinds 2012 € 0,95 per persoon per overnachting. De ontwikkeling is afhankelijk van volumegroei. Dit monitoren we op basis van de aangiften. Indien de volumegroei in opbrengst niet gehaald wordt dan zal de hoogte van het tarief toeristenbelasting afgeleid worden van de door de gemeente geraamde opbrengst. Gezien de lopende afspraken met de ondernemers is het tarief voor 2019 op € 0,95 gehandhaafd.

Forensenbelasting

Forensenbelasting wordt geheven over de waarde van de woning/stacaravan. Voor 2019 wordt het tarief trendmatig verhoogd met 1,6%. Afhankelijk van de economische waarde van het object bedraagt de in 2019 te betalen belasting tussen € 135 en € 624.

Marktgelden

In de Begroting 2019 is voor deze heffing rekening gehouden met een stijging van de tarieven 1,6%. In de tabel op de vorige pagina is dit niet te zien omdat het een afronding betreft die kleiner is dan € 1.000.

Grafrechten

Uitgaande van een stabilisatie van de opbrengsten bij gelijkblijvende mate van kostendekkendheid wordt voor de begraafrechten uitgegaan van de trendmatige tariefstijging van 1,6%. Voor 2019 betekent dit het volgende voor de meest voorkomende tarieven:

  • Begraafrecht wordt € 844;
  • Begraafplaatsrecht wordt € 1.393;
  • Grafrecht voor 20 jaar wordt € 918;
  • Gedenktekenrecht wordt € 348;
  • Recht aanleg grafkelder € 1.018.

Hondenbelasting

Vervalt (zie motie tijdens behandeling Kadernota 2019).

Precario- en reclamebelasting en overige leges en tarieven

Voor de precario geldt dat er in februari 2016 een wetsvoorstel is ingediend. Gemeenten die deze belasting nog niet kennen, mogen deze niet meer invoeren. Gemeenten die deze belasting al wel hebben mogen deze niet meer verhogen en moeten deze vanaf 2018 in tien jaarlijkse stappen geheel afbouwen. Gemeenten krijgen maximaal vijf jaar (tot 1 januari 2022) de tijd om de effecten van hun inkomensderving op te vangen. Het overgangsrecht geldt alleen voor gemeenten die in 2015 precariobelasting hebben geheven. Gemeenten mogen maximaal het tarief in rekening brengen dat gold op 10 februari 2016, de datum waarop minister Plasterk het wetsvoorstel aankondigde. De minister wil daarmee voorkomen dat de tarieven en het aantal gemeenten dat precario heft verder stijgt.
In een aparte raadsinformatiebrief bent u geïnformeerd over de mogelijke scenario's om deze wetswijziging financieel door te vertalen in onze meerjarenbegroting.
Gekozen hierbij is om het tarief pas te verlagen in 2022 en gelijkertijd de begroting ook in 2022 aan te passen. Hierbij zal alvast 5 jaar lang € 100.000 opbrengst worden gereserveerd in een voorziening om zo de begroting in 2022 tot 2026 gelijkmatig naar 0 te kunnen brengen.
Voor de reclamebelasting en overige leges en tarieven geldt het uitgangspunt van 1,6% loon- en prijscompensatie. Naar verwachting betekent dit dat we voor deze tarieven onder wettelijk voorgeschreven tarieven zullen blijven.